De krokodillentranen van Dilan Yeşilgöz
Wie wind zaait, zal storm oogsten. Ik moest afgelopen week – in de geest van dominee Gremdaat – aan deze uitdrukking denken toen VVD-leider Dilan Yeşilgöz plotseling twijfels had over de PVV-kandidaat het ministerschap voor asielzaken. Tot nu toe had ik me van commentaar onthouden bij deze kabinetsformatie – de PVV was immers de winnaar, dus democratisch gezien aan zet. De kiezer had gesproken, enzovoort….Maar bij de krokodillentranen van de liberale partijleider kon ik me niet meer inhouden. Hoezo was ze geschrokken dat Geert Wilders zo’n beetje een vrouwelijke kloon van hemzelf naar voren schoof voor de post die hij het allerbelangrijkste vindt: die van het tegenhouden van asielzoekers?
Naïef
De kranten stonden vol met citaten van Marjolein Faber over hoe verschrikkelijk de islam is, dat de moskeeën dicht moeten en alle migranten aan de grens tegengehouden dienen te worden. Wat had Yeşilgöz dan verwacht? Geloofde ze echt dat Geert Milders en zijn volgelingen plotseling zo bekeerd zouden zijn dat hij geen hardliners in dit rechtse kabinet zou stoppen? Nee, dat zou naïef zijn, bijna net ze naïef als de opening die ze voor de laatste verkiezingen bood aan de PVV om samen een regering te vormen. Niemand anders is verantwoordelijk voor de onverwacht grote winst van de PVV dan mevrouw Yeşilgöz zelf.
Macht
Na de nog altijd in nevelen gehulde kabinetscrisis van Rutte-IV gebruikte de VVD het migratie-dossier om eindelijk verlost te worden van hun te linkse coalitiepartners. Er diende een rechts kabinet te komen. We weten wat dat betekende. Door de deur naar samenwerking met de PVV te openen, kreeg deze partij onverwacht de wind in de rug. De partij die normaal gesproken gedoemd was nog jarenlang vruchteloos oppositie te moeten voeren, kwam opeens in het brandpunt van de macht te staan. We weten inmiddels waar dat toe leidde. De slimme Wilders greep zijn kans, ondanks aan aantal tactische blunders in deze kabinetsformatie. Maar de laatste zet was geniaal: het na voren schuiven van Faber.
Haren
Dilan Yeşilgöz moet dus niet mopperen over deze move van haar coalitiepartner. Zij heeft dit zelf afgeroepen over haar partij en erger nog: over het hele land. Dit is het (radicaal)rechtse kabinet dat ze wilde. De asielzoekers die straks het land wel in mogen – niemand kan voorspellen of dat er inderdaad minder zullen zijn – zullen bij de inburgering die ze verplicht moeten volgen in ieder geval het oer-Hollandse spreekwoord helemaal begrijpen: ‘Wie wind zaait….”. Maar voor de VVD-leider is het te laat. Ze zal wellicht wanhopig denken aan die andere typische polderuitdrukking: ‘Spijt als haren op mijn hoofd’.
Dit bericht heeft 0 reacties